
Drijvend pingpongballetje
[Zinken/zweven/drijven]

Drijvend pingpongballetje
[Zinken/zweven/drijven]
Benodigdheden:
Een beker of glas (beter geen maatbeker), water, pingpongballetje.
Voorbereiding:
Het materiaal klaarzetten.
Uitvoering:
a) Vul de beker of het glas voor de helft met water. Laat het pingpongballetje los op het water.
b) Vul nu de beker of het glas verder zodat het net niet overloopt. Het wateroppervlak moet bol staan. Leg nu het balletje opnieuw in het water.
Hypothese:
Het pingpongballetje zal in beide gevallen drijven.
Waarneming:
a) Het pingpongballetje drijft tegen de rand van de beker of het glas.
b) Het pingpongballetje drijft in het midden op het wateroppervlak.
Verklaring:
Het pingpongballetje zal in beide gevallen drijven, omdat deze een kleinere massadichtheid heeft dan water. Het balletje wil echter ook zo hoog mogelijk drijven.
a) Water in een beker die niet volledig gevuld is, zal aan de kant van de beker hoger staan dan in het midden. Het pingpongballetje drijft dus tegen de kant.
b) Water in een volledig gevulde beker zal bol staan. Het water zal hoger staan in het midden dan aan de kant van de beker. Het balletje drijft dus in het midden.
Eventuele opmerkingen:
Een maatbeker is niet geschikt voor deze proef doordat deze een schenktuit heeft. Hierdoor kan het wateroppervlak nooit bol staan.
Bron:
(2004-2018) www.proefjes.nl